Foto: B. van Bohemen/NIOD
Locatie
Het monument bevindt zich bij de Waterpartij in de Scheveningse Bosjes, gelegen aan de Prof. B.M. Teldersweg te Den Haag.
Herdachte groepen: Militairen in dienst van het Ned. Kon. 1940-1945, Burgers voormalig Nederlands-Indië
Vorm en materiaal
Het ‘Indisch monument’ in Den Haag is een bronzen beeldengroep, bestaande uit zeventien figuren (mannen, vrouwen en kinderen). De beeldengroep is geplaatst op een voetstuk van wit marmer. In het midden van het marmer is de kaart van het voormalige Nederlands-Indië gebeiteld. Achter de beeldengroep zijn een hekwerk en een bronzen luidklok geplaatst. Het gedenkteken is 5 meter hoog.
Tekst
De tekst op het voetstuk luidt:
‘8 DEC. 1941 – 15 AUG. 1945
DE GEEST OVERWINT
TWEEDE WERELDOORLOG
NEDERLANDS-INDIË’.
Symboliek
De mensenfiguren geven uitdrukking aan het leed dat de Japanse bezetter tijdens de Tweede Wereldoorlog in het voormalige Nederlands-Indië heeft veroorzaakt. Op de baar in het midden ligt de dood, links en rechts geflankeerd door rouwende vrouwenfiguren.De figuren aan uiterste zijden verwijzen naar de bevrijding. Zij zijn wakker geschud en met opgeheven hoofd en gebalde vuisten trekken ze strijdlustig de toekomst tegemoet. Geheel links staat een moeder die haar kind, de nieuwe generatie, een duwtje geeft naar betere tijden. Het hekwerk achter de beeldengroep symboliseert de samenhorigheid van alle slachtoffers en tevens de omheining waarachter men gevangen zat. De luidklok benadrukt dat men bij het monument op een gewijde plek staat.
Wijziging
De Indische klok is in 1995 aan het monument toegevoegd.
De geschiedenis
Het ‘Indisch monument’ in Den Haag is opgericht ter nagedachtenis aan alle Nederlandse burgers en militairen die het slachtoffer zijn geworden van de Japanse bezetting (1941-1945) van het voormalige Nederlands-Indië. Tevens worden met het gedenkteken de honderdduizenden Romusha’s herdacht die tijdens de bezetting zijn omgekomen. Dit waren Indonesische dwangarbeiders die onder valse voorwendselen werden geronseld en werden ingezet voor slavenarbeid. De titel van het gedenkteken luidt: ‘De Geest Overwint’.
Hoewel de capitulatie van Duitsland op 5 mei 1945 meestal gezien wordt als het einde van de Tweede Wereldoorlog, was Nederland ook na die datum nog altijd in oorlog. Sinds het begin van 1942 was het voormalige Nederlands-Indië immers bezet door Japan. Pas toen Japan op 15 augustus 1945 capituleerde, was de Tweede Wereldoorlog voor Nederland officieel ten einde. Tussen 1942 en 1945 zijn in totaal circa 16.800 burgergevangenen en 8.500 krijgsgevangenen uit het voormalige Nederlands-Indië omgekomen in interneringskampen of tijdens de dwangarbeid aan spoorlijnen in heel Zuidoost Azië. Talloze anderen werden voor het leven getekend door de ontberingen.
Oprichting
In het voorjaar van 1986 werd door enkele vooraanstaande Nederlanders het plan opgevat om een monument op te richten ‘dat tot uitdrukking brengt wat de toenmalige Nederlands-Indische bevolking in Zuidoost-Azië, zowel burgers als militairen, in de strijd en tijdens de Japanse bezetting, heeft doorgemaakt. De initiatiefnemers waren de heren Verhey, oud-verzetsstrijder en wethouder in Amsterdam’, en wijlen de heer Samkalden, burgemeester van Amsterdam. De heer Samkalden had als ambtenaar van het Binnenlands Bestuur in verschillende Japanse kampen gezeten. Hun voorstel tot oprichting van een Indisch monument werd spoedig door een groot aantal prominenten en Indische organisaties gesteund. De Stichting Indisch Monument werd opgericht, onder voorzitterschap van de heer Samkalden. De heer Verhey werd voorzitter van het comité van uitvoering.
De betekenis van dit monument voor de Indische gemeenschap in Nederland werd al gauw duidelijk: ‘Dat op nationale schaal aandacht wordt geschonken aan het oorlogsgebeuren in die jaren 1942-1945 in de meest ruime zin; dat de overlevenden, die de oorlog nog dagelijks meedragen in hun bestaan, een vast punt van erkenning en herkenning krijgen, dat van bijzonder grote morele waarde wordt geacht; dat een monument verrijst dat recht doet aan het respect en de waardering voor de moed, de standvastigheid en het vaste vertrouwen dat tienduizenden in Nederlands-Indië hebben getoond in de overwinning op een wrede onderdrukking; dat de opgeroepen solidariteit tussen hen die in Nederland de oorlog beleefden, en hen die dat in Nederlands-Indië deden, een grondslag legt met toekomstwaarde.’
Uit 33 inzendingen werd in het najaar van 1987 zowel door de Stichting Indisch Monument als door de gemeente Den Haag gekozen voor het ontwerp van beeldhouwster Jaroslawa Dankowa. Over deze keuze ontstond enige beroering. Enkele Indische organisaties prefereerden een beeldhouwer met een Indische achtergrond. De stichting deelde dit standpunt niet. Door verscheidene organisaties en particulieren was inmiddels een bedrag van hfl. 330.000,- ingezameld. Deze geldsom werd door het ministerie van WVC aangevuld tot het benodigde bedrag van hfl. 480.000,-. Publieke omroep de AVRO heeft ook aan deze som bijgedragen, door zijn programma’s af te sluiten met de ondertiteling ‘een bijdrage te storten ten behoeve van het Indisch Monument’. Deze inzamelingsactie heeft circa hfl. 70.000,- opgebracht.
Onthulling
Het monument is onthuld op 15 augustus 1988 door Hare Majesteit Koningin Beatrix. Aan de voet van het gedenkteken liggen elke dag bloemen. De Indische klok is geplaatst op 11 juli 1995 en werd voor het eerst geluid op de Lustrum-herdenking van 15 augustus 1995, in aanwezigheid van H.M. Koningin Beatrix. De luidklok is vervaardigd door de ‘Royal Bell- Foundry en Petit Fransen’ te Aarle-Rixtel. Dit is de oudste en een van de bekendste klokkenmakers ter wereld.
Op 27 juli 2005 is in Madurodam een miniatuur van het Indisch monument onthuld ter gelegenheid van de zestigste verjaardag van de Japanse capitulatie en de viering van de Indische Zomer in Den Haag. Dit miniatuur is onthuld door de heer Wim de Haas, weduwnaar van de ontwerpster van het monument en de heer Marc Albers, burgemeester van Madurodam.
Bron: 4en5mei.nl/oorlogsmonumenten