Auteur: Benien van Berkel
Dr. Tobie Goedewaagen (1895-1980) behoorde tijdens de bezettingsjaren tot de leiding van het Duitse nationaalsocialistische
bestuur in Nederland. Hij was als secretaris-generaal van het Departement van Volksvoorlichting en Kunsten verantwoordelijk voor
de nazificatie van de Nederlandse cultuur. Hij nam omstreden maatregelen als de gelijkschakeling van de pers en de omroepen, en dwong kunstenaars lid te worden van de Kultuurkamer. Hij werd een alom bekende en vooral gehate nsb’er met de scheldnaam ‘Rotkar’. Maar wie weet dat Tobie Goedewaagen in zijn jonge jaren bevriend was met toonaangevende kunstenaars als beeldhouwer John Rädecker en een protegé was van de dichter Adriaan Roland Holst, vraagt zich af welke ambities hem tot zijn nationaalsocialistische idealen gedreven hebben. Opmerkelijk is dat na de oorlog een deel van zijn gedachtegoed, onder meer de subsidiëring van kunst en literatuur, werd overgenomen in nieuw overheidsbeleid. Tobie Goedewaagen is het huiveringwekkende verhaal van een welgestelde man uit een Amsterdamse bankiersfamilie, die zich intellectueel ontwikkelde tot filosoof en vervolgens overtuigd nationaalsocialist werd.