Openingsconflicten: Von Schlieffenplan
Door de mobilisatie van Rusland en hun verdrag met Frankrijk, kwam Duitsland in een lastige situatie. Door de ligging van Duitsland lag het gevaar op de loer van een tweefrontenoorlog. Duitsland zag zich genoodzaakt om het zogenaamde von Schlieffen plan uit te voeren. Dit plan was in 1905 gemaakt door generaal Alfred von Schlieffen en hield in dat het grootste gedeelte van het Duitse leger in een hele snelle aanval eerst Frankrijk moest uitschakelen en daarna met dit voordeel Rusland zou uitschakelen. Zo zou de oorlog kort en krachtig zijn.
Treinen vol Duitse soldaten vertrokken onmiddellijk naar het westen. Als Duitsland Frankrijk wilde aanvallen moesten ze door het neutrale België reizen. Maar de Belgische regering wilde Frankrijk niet tegen zich krijgen en weigerde de doorgang van Duitse troepen, wat weer leidde tot veldslagen in België.
Engeland verklaart de oorlog aan Duitsland
Deze vorm van het breken van de neutraliteit van de Belgen werd door Engeland gezien als een grote vorm van agressie van Duitsland, waarop Engeland ook de oorlog verklaarde aan Duitsland. Deze Duitse agressie kan gezien worden als het breekpunt in de oorlog, waardoor steeds meer landen vanwege bondgenootschappen bij de oorlog werden betrokken.
De Duitsers zetten hun aanval door en volgens plan stormden de Duitse troepen van de ene overwinning naar de andere. Maar aan de Marne werden ze gedwongen om zich terug te trekken. Daarmee was het Duitse plan eigenlijk al mislukt.
Na de Slag van Vlaanderen en de Slag van Ieper verstarde het Duitse front zich. Op 31 oktober 1914 braken de Duitsers nog door en versloegen daar bijna het Engelse leger. De Engelsen begonnen zich in te graven voor de winter, een linie die zich uitstrekte van de Noordzee tot aan Zwitserland toe!
Vanaf dat moment werd de aanvalsoorlog een loopgravenoorlog, en werd de oorlog waarvan men dacht dat het snel zou eindigen, eentje van totale uitputting.
Dit artikel is onderdeel van het artikel: “Hoe is de Tweede Wereldoorlog ontstaan?”