Dat er oorlog zou komen was in 1939 voor Nederland wel duidelijk, aangezien de internationale politieke situatie ernstig verslechterd was. Om zich voor te bereiden op de oorlog werd in Nederland bevel gegeven tot het bouwen van nieuwe kazernes in Zuidlaren, Steenwijk, Wezep, Schalkhaar, Grave, Roermond, Weert en Eindhoven. Men wilde hiermee de Nederlandse legertroepen strategisch plaatsen langs de oost- en zuidgrens en de kuststreek. Nederland was in die tijd neutraal dus zowel een inval van Duitsland als van Frankrijk en Engeland moest voorkomen worden.
Op 10 mei 1940 om 03.55 uur werd Nederland binnengevallen door het Duitse leger. Het Duitse 18e leger, had opdracht om nog op de eerste oorlogsdag de IJssellinie en de Grebbelinie te doorbreken. De Grebbeberg maakt onderdeel uit van de Utrechtse Heuvelrug en ligt in de provincie Utrecht tussen de plaatsen Rhenen en Wageningen, waar nu het Ouwehands Dierenpark ligt.
Het Duitse opperbevel dat de aanval op Nederland leidde, was in de veronderstelling dat de grootste slag in de Waterlinie zou worden gevoerd; men verwachtte daar de grootste Nederlandse verdediging. De Duitsers wisten niet dat de Nederlandse generaal Winkelman de Grebbelinie tot hoofdverdediging had benoemd. Het Duitse opperbevel ging ervan uit dat het Nederlandse leger zo zwak was dat de Grebbelinie snel doorbroken zou moeten kunnen worden. De IJssellinie werd zoals verwacht snel doorbroken, maar doordat de bruggen waren vernield, kon slechts een klein deel van het Duitse leger in de avond van diezelfde dag Wageningen bereiken.
Tussen Wageningen en de Grebbeberg hadden Nederlandse soldaten van het 11e legerkorps zichzelf verschanst in loopgraven om de eerste vijandelijke offensieve acties weerstand te bieden. Mochten de Duitsers deze verdediging afslaan, dan zouden zij op de werkelijke defensie stuiten, want langs het water was de frontlijn geconstrueerd.
Drie spannende dagen
Achter die frontlijn lag op zo’n kilometer afstand de stoplijn, waarin troepen waren ondergebracht die, mochten de Duitsers doorbreken, zouden moeten pareren en de oorspronkelijke frontlijn herstellen. Achter deze stoplijn lagen de sterke artillerieafdelingen die de ondersteuning aan de verdediging moesten bieden. De divisie die de Grebbeberg moest verdedigen bestond uit circa 10.000 man, aanvullend ondersteund door artillerie. De Duitse Infanterie Divisie bestond voornamelijk uit drie gevechtsbataljons van elk zo’n 800 man. Zij zouden de spits van de Duitse legermacht vormen op de eerste twee dagen van de Slag om de Grebbeberg.
Op 11 mei om ongeveer 08:00 uur openden twee afdelingen artillerie het vuur op de voorposten en de Grebbeberg en op de toegangswegen richting Grebbeberg. Het Duitse vuur richtte niet bijzonder veel schade aan de stellingen aan, maar het leidde wel tot psychische spanningen bij de Nederlandse soldaten. Na enige tijd begon de Nederlandse artillerie terug te vuren. Om ongeveer 09:00 uur begonnen de Duitsers naar voren te werken. Eerst door vuurverkenningen, waarbij vuur van Nederlandse posities werd uitgelokt om ze in kaart te brengen. De eerste uren gingen de Duitsers heel omzichtig te werk, maar daarna trok men snel voorwaarts. De eerste Nederlandse posities bezweken om ongeveer 10.00 uur en de voorpostenstrook werd voor 12.00 uur weggevaagd.
De strijd zou in totaal drie dagen duren. Op de eerste dag – de 11e mei – viel de voorpostenstrook, de tweede dag zou de frontlinie het begeven en op de derde dag werd de hevigste strijd gevoerd, op de Grebbeberg zelf waar een omvangrijke Nederlandse tegenaanval met vier bataljons zou worden ingezet.
Doorbraak bij Rhenen
Op 13 mei werd de slag om de Grebbeberg definitief verloren omdat de Duitsers bij Rhenen doorbraken en een belangrijke Nederlandse tegenaanval mislukte. Tegelijkertijd werd op de berg zelf de achterste hoofdstelling weggevaagd en brak het moreel van de Nederlandse soldaten doordat zij continu bestookt werden door artillerievuur. Daarmee had de Nederlandse legerleiding geen andere keuze dan de gehele Grebbelinie te evacueren.
De Slag om de Grebbeberg had toen het leven gekost aan 420 Nederlandse soldaten en zo’n 250 Duitsers. De Slag om de Grebberg was de meest intensieve op het Nederlandse grondgebied tijdens de Tweede Wereldoorlog, want de strijd vond in hoofdzaak plaats op een hele kleine oppervlakte van twee bij drie kilometer in slechts drie dagen.
Bron: grebbeberg.nl